ABRvS 1 juli 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1542 – controles op basis van handhavingsverzoek hoeven niet dagelijks, maar moeten wel representatief en deugdelijk zijn.

6.3.    Het ontwerpbestemmingsplan beperkt onder meer het aantal uren dat er per week op de circuits gecrosst mag worden tot acht uur per week. De Afdeling overweegt dat niet duidelijk is hoeveel uur per week er op de circuits wordt gecrosst. Het college heeft hier in december 2018 onderzoek naar gedaan met behulp van een systeem dat werkt op zonne-energie. De resultaten hiervan zijn neergelegd in het rapport “Rapportage verifiëring waarnemingen door middel van geluidsmeter” van 27 februari 2019. Uit dit rapport blijkt echter dat het systeem de helft van de maand niet heeft gewerkt, omdat er in december te weinig zon was. Hoewel niet in elke zaak van een bestuursorgaan wordt verwacht dat het naar aanleiding van een handhavingsverzoek elke dag controleert, is wel vereist dat het aantal controles representatief is en dat de wijze van toezichthouden die door een bestuursorgaan wordt gekozen, deugdelijk is. Mede omdat het college zelf aanleiding zag om met een controlesysteem te werken dat elke dag het geluid zou moeten meten om zodoende de tijdsduur van de activiteiten op de circuits te kunnen bepalen, had het daarvoor een systeem moeten kiezen dat ook daadwerkelijk elke dag functioneert. Aangezien dat bij dit systeem door de weersomstandigheden niet het geval was, had het college zijn standpunt niet enkel op de door dit systeem gedane metingen mogen baseren.

Nu twijfelachtig is of het college voldoende inzicht heeft in het aantal uren dat per week op de circuits wordt gecrosst, heeft het alleen al daarom niet goed gemotiveerd waarom het zich op het standpunt stelt dat de activiteiten door het ontwerpbestemmingsplan worden gelegaliseerd. Het antwoord op de vraag of ten tijde van het besluit op voorhand duidelijk was dat het ontwerp geen rechtskracht zou verkrijgen, kan dan ook in het midden blijven.

Het voorgaande leidt ertoe dat het college niet goed heeft gemotiveerd waarom het zich op het standpunt stelt dat er ten tijde van het besluit van 26 februari 2019 niet handhavend hoefde te worden opgetreden tegen het gebruik in strijd met het bestemmingsplan vanwege concreet zicht op legalisatie.

Het betoog slaagt.

https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/@121562/201902723-1-a1/