ABRvS 2 december 2020, ECLI:NL:RVS:2020:2861 – het laten vervallen van een van de overtredingen bij de BOB maakt niet dat last volledig moet worden herroepen en een nieuwe uitgevaardigd.
Mocht het college het besluit op bezwaar wijzigen, zoals het college heeft gedaan?
4. [appellant] betoogt dat de rechtbank heeft miskend dat het college met het besluit van 14 februari 2019 ten onrechte het besluit van 18 oktober 2018 deels in stand heeft gelaten. Het college dient het bezwaar tegen het besluit van 18 oktober 2018 geheel gegrond te verklaren en een nieuw besluit te nemen dat alleen betrekking heeft op de vraag of er überhaupt een vergunningplicht geldt voor de glazen luifel en het buitenhuis, aldus [appellant].
4.1. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen, bijvoorbeeld in haar uitspraak van 29 april 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1167, onder 7.1, brengen de systematiek en uitgangspunten van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) over het beslissen op een bezwaarschrift met zich dat een primair besluit in bezwaar in volle omvang wordt heroverwogen en dat deze heroverweging op recht- en doelmatigheid de gelegenheid biedt fouten te herstellen. Het college mocht dan ook in beginsel in bezwaar de last wat betreft de daaraan ten grondslag gelegde overtredingen wijzigen door de overtreding van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo te laten vervallen. Het college heeft de last voor zover daaraan ten grondslag is gelegd overtreding van artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo en van artikel 2.3a, eerste lid, van de Wabo, in stand gelaten, om reden dat voor de luifel en het buitenhuis geen omgevingsvergunning is verleend.
Voor zover [appellant] ter zitting heeft betoogd dat de rechtbank heeft miskend dat het college een nieuw primair besluit had dienen te nemen zonder daarbij een last onder dwangsom op te leggen, verwijst de Afdeling naar hetgeen hierna onder 6 aan de orde zal komen.
Het betoog faalt.
https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/@123420/201905762-1-r1/