ABRvS 24 december 2024, ECLI:NL:RVS:2024:5403 – Onvoldoende onderzoek gedaan door toezichthouders (itt oordeel rechtbank). Toezichthouders hadden tussen 01u00 en 02u00 moeten controleren.

De inhoudelijke beoordeling van het besluit van 31 augustus 2021

4.       [appellant] betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat het college, ondanks het summiere onderzoek, aan zijn onderzoeksplicht heeft voldaan. Hij voert daartoe aan dat het onderzoek onzorgvuldig is verricht. Dat er tijdens de controles geen overlast is geconstateerd, komt doordat de controles op de verkeerde tijdstippen zijn uitgevoerd en tijdens de vakantie van de maatschap. Dat hij volgens de rechtbank de ernst van de overtredingen niet met stukken heeft onderbouwd in zijn verzoek om handhaving, kan [appellant] niet volgen. Hij heeft immers in de maanden juni tot en met september 2020 verschillende keren meldingen van de overlast gedaan bij de burgemeester dan wel een handhavingsverzoek ingediend bij het college.

4.1.    Naar aanleiding van het handhavingsverzoek hebben twee toezichthouders op vrijdag 7 augustus 2020 en zaterdag 15 augustus 2020 tussen 22:00 uur en 23:00 uur een controle uitgevoerd. Uit het controlerapport van 19 augustus 2020 volgt dat de toezichthouders op beide momenten geen geluidsoverlast hebben geconstateerd. [appellant] heeft verschillende keren aangegeven dat de piek van de geluidsoverlast is gelegen tussen 01:00 uur en 02:00 uur ’s nachts, als de bezoekers het perceel van de maatschap verlaten. Dat het college geen enkele keer een controle heeft uitgevoerd rond deze tijdstippen, acht de Afdeling niet adequaat. Ook vonden de controlemomenten plaats in de zomervakantie, toen er kennelijk geen bijeenkomsten van jongeren waren, waardoor niet gesproken kan worden van representatieve resultaten. Verder is niet gebleken dat het college navraag heeft gedaan bij andere omwonenden of zij eveneens overlast ondervinden. De stelling van het college dat van hen geen melding is ontvangen, betekent niet dat het college onderzoek achterwege kan laten. Gelet op het langdurige klachtenpatroon had het naar het oordeel van de Afdeling op de weg van het college gelegen om adequaat te onderzoeken of in de nachtelijke uren voorkomt dat feesten worden georganiseerd en of, en zo ja, in hoeverre deze (geluids)overlast voor de omwonenden meebrengen en of en in hoeverre daarop gehandhaafd kan worden. Naar het oordeel van de Afdeling is het door het college verrichte onderzoek naar mogelijke overtredingen niet adequaat en ook niet zorgvuldig geweest.

4.2.    Het betoog slaagt.

https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/@147629/202301679-1-a3/