Artikel 4:118 Awb

  • laatst geupdate 17-12-2017

Artikel 4:8 is niet van toepassing op de aanmaning en het dwangbevel.

1. Horen is niet vereist

Dit artikel voorkomt dat de schuldenaar voorafgaand aan het doen uitgaan van een aanmaning zou moeten worden gehoord. Dit zou op grond van artikel 4:8 Awb moeten gebeuren, welk artikel ziet op de plicht van het bestuursorgaan om een belanghebbende te horen voordat het een beschikking neemt waartegen de belanghebbende naar verwachting bedenkingen zal hebben. Een hoorplicht is niet verenigbaar met de aard en de wijze van totstandkoming van de aanmaning en van het dwangbevel. Zie ook de toelichting op artikel 4:112 Awb over de aanmaning en het uitsluiten van bezwaar en beroep tegen de aanmaning en het dwangbevel (Kamerstukken II, 2003-2004, 29 702, nr. 3, p.65).

Over de auteur

Thomas Sanders is advocaat bij AKD. Hij is gepromoveerd aan de Universiteit Leiden op het gebied van het handhavingsrecht en het invorderingsrecht. Zijn praktijk richt zich op het bijstaan van overheden en bedrijven in (vaak omgevingsrechtelijke) handhavingsgeschillen en de handhaving van de openbare orde.

Vragen? Neem contact op via tsanders@akd.nl of LinkedIN.