CBb 18 februari 2025, ECLI:NL:CBB:2025:79 – Norm niet goed handhaafbaar, CBb kan leven met alternatief. “Er zijn op dit moment geen reële alternatieven om te bepalen wanneer het eerste kuiken uit het ei komt. Indien er nieuwe ontwikkelingen zijn, kunnen deze door de minister worden meegenomen in het handhavingstraject dan wel kan Wakker Dier bij de minister een verzoek doen om dergelijke alternatieven te betrekken bij de handhaving”

Print deze pagina
1.1De centrale vraag in deze zaken is wanneer kuikens water en voer moeten krijgen nadat zij uit het ei zijn gekomen. Het geschil ziet niet (meer) op de termijn waarbinnen kuikens moeten worden voorzien van water en voer, die heeft het College namelijk vastgesteld op 36 uur nadat het kuiken uit het ei is gekomen. Wel is tussen partijen nog in geschil hoe deze norm moet worden gehandhaafd en toegepast in de praktijk.

[…]

3.1

Met de bestreden besluiten heeft de minister aan de broederijen opnieuw lasten onder dwangsom opgelegd vanwege overtreding van artikel 2.1, eerste lid, en artikel 2.2, achtste lid, van de Wet dieren. De lasten onder dwangsom hebben twee doelen. Het eerste doel is ervoor zorgen dat de broederijen de overtreding beëindigen en de kuikens binnen 36 uur nadat zij uit het ei zijn gekomen voer en water geven. Het tweede doel is voorkomen dat de broederijen in de toekomst opnieuw te laat voer en water geven aan pasgeboren kuikens. Dit betekent dat de broederijen in hun bedrijfsproces moeten waarborgen dat kuikensop tijd geschikt voer en water krijgen. De broederijen hebben 36 uur de tijd om de kuikens voer en water te geven vanaf het moment dat de kuikens uit het ei zijn gekomen of 6 uur vanaf het moment dat de broedkast is geopend.

[…]

7.3Wakker Dier heeft aangevoerd dat de minister ten onrechte de handhaafbaarheid van de norm als onmogelijk bestempelt en dat het volgens haar wel mogelijk is om het begin van de ‘hatching window’ te bepalen (namelijk bij benadering door het meten van de toename van de luchtvochtigheid of meer precies door met behulp van camera’s of raampjes in de broedkasten vast te stellen wanneer het eerste kuiken uit het ei komt).

7.4Het College kan de minister volgen in de uitleg hoe hij tot de aan de lasten onder dwangsom toegevoegde norm is gekomen. Hoewel het College vasthoudt aan zijn eerdere uitspraken waarin is bepaald dat kuikens binnen 36 uur na uitkomst uit het ei over water en voer dienen te beschikken, stelt hij ook vast dat na de vorige zittingen inzichten en praktische complicaties naar voren zijn gekomen die eerder niet waren voorzien.

7.5Het is gebleken dat de norm van 36 uur door de minister lastig is te handhaven (tenzij evident sprake is van een overschrijding van de norm). Een exacte vaststelling van het moment dat het eerste kuiken uit het ei komt of dat de eerste 20% van de kuikens uit het ei komen aan de hand van gegevens over de luchtvochtigheid, is niet goed mogelijk. Dit kan namelijk alleen achteraf bij benadering worden berekend. Dit is ook bevestigd door een van de onderzoekers van de WUR. Een complicerende factor daarbij is ook dat de duur van de ‘hatching window’ kan variëren en van meerdere factoren afhankelijk is, waaronder temperatuur, licht, luchtvochtigheid en management. De ‘hatching window’ duurt volgens de minister tussen de 24 en 32 uur. Hij heeft dit gebaseerd op informatie van Petersime (een leverancier van broedkasten) en de COBK. Gedurende de ‘hatching window’ vindt ook het droogproces plaats van de kuikens die al uit het ei zijn gekomen. Dit proces loopt door tot 6 tot 8 uur na uitkomst van het laatste kuiken. Het College ziet in hetgeen door Wakker Dier is aangevoerd, geen redenen om niet van deze duur van de ‘hatching window’ en droogtijd uit te gaan.

7.6Gelet op het voorgaande is het voor toezichthouders niet mogelijk – uitzonderingen daargelaten – om tijdens een controle bij de broederijen vast te stellen wanneer sprake is van een overtreding van de norm van 36 uur. Er kan immers pas gehandhaafd worden als er minimaal 36 uur zijn verstreken vanaf de start van de ‘hatching window’ en dat moment is niet goed te bepalen. De minister heeft zich daarom genoodzaakt gezien om aan de hand van andere factoren vast te stellen wanneer daadwerkelijk sprake is van een overtreding van de norm. Met het oog op efficiënte en effectieve controles is volgens de minister van belang dat bij het houden van toezicht op de norm, op een betrouwbare en eenduidige manier kan worden vastgesteld wanneer sprake is van een overtreding. Uitgebreid onderzoek en uitvoerige berekeningen tijdens en na de controles naar de duur van de ‘hatching window’ en droogtijd, moeten worden voorkomen. Om betrouwbare resultaten uit de controle te krijgen, is het bovendien nodig dat deze niet alleen worden gebaseerd op verklaringen van werknemers van de broederijen. De inzet van handhavingsmiddelen moet geschikt en proportioneel zijn. De minister kan dan ook niet anders dan een marge te hanteren bij de handhaving. Het College volgt de minister hierin.

7.7Door te rekenen met een minimale ‘hatching window’ van 24 uur en 6 uur droogtijd, blijft volgens de minister nog 6 uur over totdat de kuikens toegang moeten hebben tot water en voer. Het is dan aan de broederijen om ervoor te zorgen dat de kuikens binnen 6 uur na het openen van de broedkasten op het opfokbedrijf zijn of de kuikens alsnog van water en voer te voorzien. Om die reden heeft de minister in de opgelegde maatregel opgenomen dat de kuikens binnen 6 uur na het openen van de broedkast toegang moeten hebben tot water en voer. Weliswaar is het bij een langere ‘hatching window’ mogelijk dat er kuikens zijn die langer dan 36 uur zonder water en voer zitten, maar dat maakt het door de minister gekozen handhavingsmiddel niet ongeschikt. Het te vroeg openen van de broedkasten kan namelijk tot nadelige gevolgen leiden voor het welzijn van de kuikens die pas net uit het ei zijn gekomen. Daar komt bij dat het aannemelijk is dat de broederijen de kuikens niet onnodig lang in de broedkasten laten zitten. Het is gelet op de bedrijfsvoering ook in hun belang dat de kuikens op het juiste moment uit de broedkasten worden gehaald.

7.8.1Binnen de huidige wijze van bedrijfsvoering is de enige andere optie het aanbieden van water en voer in de broedkasten zelf. De broederijen hebben een aantal broedkasten al omgebouwd om water en voer (in de vorm van een gel) te kunnen toevoegen. Dit heeft echter ook nadelen. Als het voer (een gel) te vroeg in de broedkast wordt gezet, droogt het uit. Later voer of water toevoegen is geen optie want dan wordt het broedproces verstoord en wordt het welzijn van de kuikens aangetast. Het toevoegen van stromend water heeft nadelen voor de hygiëne in de broedkast en kan ook leiden tot schade bij de kuikens. Dit is ook niet weersproken door Wakker Dier.

7.8.2Het toevoegen van de mogelijkheid om de kuikens van voer en water te voorzien uiterlijk 6 uur na het openen van de broedkast, geeft de broederijen de ruimte om hun bedrijfsproces hiervoor op hun eigen manier in te richten. Ze voorzien de kuikens van water en voer in de broedkasten of ze kiezen ervoor om de kuikens binnen 6 uur na openen van de broedkasten van water en voer te voorzien, al dan niet pas bij het opfokbedrijf, afhankelijk van hoe lang het transport duurt.

7.9Ten aanzien van de plaatsing van raampjes of camera’s hebben de broederijen op de zitting toegelicht dat een raampje in de deur van de broedkast geen zicht biedt op alle eieren zodat niet visueel is vast te stellen of er al een kuiken uit het ei is gekomen. Bij het plaatsen van camera’s zou het in totaal om 4.500 camera’s gaan, wat praktisch en technisch onhaalbaar is. Dit is door Wakker Dier niet weersproken.

7.10Er zijn op dit moment geen reële alternatieven om te bepalen wanneer het eerste kuiken uit het ei komt. Indien er nieuwe ontwikkelingen zijn, kunnen deze door de minister worden meegenomen in het handhavingstraject dan wel kan Wakker Dier bij de minister een verzoek doen om dergelijke alternatieven te betrekken bij de handhaving.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:CBB:2025:79

Print deze pagina

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *