CBb 31 januari 2023, ECLI:NL:CBB:2023:43 – last te ruim geformuleerd: overtreding jegens een beperkte groep. Verplichting om ‘een ieder’ te informeren via de website gaat te ver.

De formulering (reikwijdte) van de last

9.1

Appellanten stellen dat de reikwijdte van de last veel te ruim is. Namelijk door in de aanhef te bepalen dat de overtreding moet worden gestaakt door de in de last opgesomde informatie te verstrekken aan “de investeerders” en te bepalen dat deze informatie via de website van [naam 1] aan “een ieder” beschikbaar moet worden gesteld. Er waren maar 143 obligatiehouders en “de investeerders” en “een ieder” is volgens appellanten een veel grotere groep.

9.2

In het primaire besluit heeft AFM gemotiveerd dat de informatieverstrekking moet worden gericht aan consumenten die hebben geïnvesteerd en/of voornemens zijn te investeren in [appellante 2] en in [naam 1] en de met haar verbonden ondernemingen. Deze consumenten heeft AFM samengevat onder de noemer “investeerders”.
Vervolgens heeft AFM nader gemotiveerd dat onder “investeerders” worden verstaan:
– consumenten die de [obligatielening] hebben gekocht en/of voornemens zijn te gaan kopen (obligatiehouders); en/of
– consumenten die door [naam 1] zijn geïnformeerd over de (financiële) situatie van [appellante 2] , bijvoorbeeld tijdens investeerdersbijeenkomsten en via schriftelijke updates.
In het bestreden besluit heeft AFM aanvullend gemotiveerd dat geen ruimere groep van consumenten is bedoeld dan is vermeld in het primaire besluit. Daaraan heeft AFM toegevoegd dat appellanten weten wie de obligatiehouders zijn (waarmee degenen zijn bedoeld die daadwerkelijk obligaties hebben gekocht) en dat appellanten beschikken over lijsten van bezoekers die de bijeenkomsten hebben bezocht.
In het verweerschrift heeft AFM opnieuw gesteld dat de doelgroep feitelijk beperkt is tot de investeerders. Daaronder verstaat AFM (1) consumenten die de [obligatielening] hebben gekocht en/of voornemens zijn of waren te gaan kopen en (2) consumenten die tijdens investeringsbijeenkomsten van [naam 1] of via schriftelijke updates door [naam 1] zijn geïnformeerd over de financiële situatie van [appellante 2] .

9.3

Met de doelgroep “investeerders” is een ruimere doelgroep aangeduid dan alleen de obligatiehouders. Het College volgt appellanten niet in de stelling dat de doelgroep van de informatie daarmee te ruim is geformuleerd. De misleidende informatie die appellanten verstrekten door middel van bijeenkomsten en updates bereikten een ruimere groep aanwezigen en geadresseerden dan alleen de obligatiehouders in de strikte betekenis van houders van een obligatie. De door AFM gekozen omschrijving van deze groep als “de investeerders” is naar het oordeel van het College dan ook niet te ruim.

9.4

Het College overweegt dat de term “een ieder” door AFM in de aanhef van de last is gebruikt in verbinding met het bekendmaken van de in de last omschreven informatie op de website van [naam 1] . In wezen gaat dit geschilpunt dus om de vraag of AFM terecht verlangt dat de in de last opgesomde informatie niet alleen schriftelijk bekend wordt gemaakt aan de in de last genoemde doelgroep, maar ook op de website van [naam 1] bekendgemaakt wordt. Dat heeft dan inderdaad als gevolg dat “een ieder” er kennis van kan nemen. Nergens in het besluit tot oplegging van de last onder dwangsom, het bestreden besluit of het verweerschrift heeft AFM gemotiveerd waarom “een ieder” door middel van plaatsing van de informatie op de website van [naam 1] moet worden geïnformeerd. Het is ook niet consistent met de opvatting van AFM dat appellanten (kunnen) weten aan wie zij de informatie schriftelijk moeten verstrekken, omdat zij weten wie obligaties houdt en lijsten hebben van de bezoekers van bijeenkomsten en weten aan wie schriftelijke updates zijn verstrekt. Daarmee is de gehele door AFM expliciet bepaalde doelgroep te bereiken. Het bestreden besluit is daarom in zoverre in strijd met het motiveringsbeginsel zoals neergelegd in artikel 7:12, eerste lid, van de Awb. Grond X treft dus doel. De aangevallen uitspraak moet worden vernietigd en het bestreden besluit moet worden vernietigd voor zover daarbij de last onder dwangsom is gehandhaafd voor zover daarbij is gehandhaafd dat de informatie via de website van [appellante 1] (Website) aan een ieder beschikbaar moet worden gesteld.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:CBB:2023:43