Rb. Gelderland 12 april 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:2019 – BO heeft ten onrechte niet ambtshave onderzocht (dmv constructeur) of illegaal bouwwerk gelegaliseerd kan worden.

Hooischuur

11.1.

Vergunninghouder voert aan dat het niet vereist is dat de aanvraag voor de omgevingsvergunning al is ingediend op het moment van handhaving om van handhaving af te zien. Het college moet zelf onderzoeken of het bouwwerk gelegaliseerd kan worden.

11.2.

Het college heeft in de last onder dwangsom opgenomen dat zij bereid zijn om de gewijzigde constructie te legaliseren, maar dat de gewijzigde constructie eerst door de constructeur beoordeeld moet worden.

11.3.

De rechtbank oordeelt dat er wel sprake is van concreet zicht op legalisatie. Zoals in het bestreden besluit is opgenomen is het college bereid om de gewijzigde constructie te legaliseren. Dat het college niet weet of de constructie technisch haalbaar is maakt dat niet anders omdat het college ook zonder vergunningaanvraag zelfstandig moet beoordelen of een omgevingsvergunning voor de activiteit “bouwen” verleend kan worden.6 Vergunninghouder heeft ook aangegeven dat hij bereid is om een aanvraag in te dienen voor de wijziging. Het college is voor de constructie dus onterecht overgegaan tot handhaving.

11.4.

Dit betekent dat de last om de hooischuur aan te passen conform de omgevingsvergunning van 20 april 2018, over de constructie ten onrechte is opgelegd omdat daarvoor concreet zicht op legalisatie bestond.

11.5.

Deze beroepsgrond slaagt.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:RBGEL:2023:2019