CBb 10 september 2024, ECLI:NL:CBB:2024:626 – Geen procesbelang bij uitgewerkt LoB zonder uitvoering. Toekomstige lasten geen reden voor aannemen procesbelang

Print deze pagina

Oordeel van het College

Zaak 23/237

4.1Het College beoordeelt ambtshalve eerst of de stichting belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep (procesbelang). Als het procesbelang ontbreekt, is het beroep niet-ontvankelijk. Dat is naar het oordeel van het College hier het geval. Hieronder legt het College uit waarom.

4.2Voor het antwoord op de vraag of er (nog) procesbelang bestaat, is van belang wat de stichting met haar beroep nastreeft. Het doel dat zij hiermee wil bereiken, moet zij ook daadwerkelijk kunnen bereiken en dat resultaat moet voor haar feitelijke betekenis hebben en niet alleen een hypothetische. Een louter formeel of principieel belang is onvoldoende voor het aannemen van procesbelang. Daarbij geldt dat in beginsel geen procesbelang kan zijn gelegen in de beoordeling van een al verstreken periode of een inmiddels ingetrokken of vervallen besluit, tenzij sprake is van een onderbouwd verzoek om schadevergoeding of als een inhoudelijk oordeel over het bestreden besluit van belang kan zijn bij toekomstige (terugkerende) besluiten (zie bijvoorbeeld de uitspraken van het College van 17 januari 2023, ECLI:NL:CBB:2023:30, 19 juli 2022, ECLI:NL:CBB:2022:415 onder 3.1 en 23 maart 2021, ECLI:NL:CBB:2021:304 onder 8.1.3).

4.3Het College stelt vast dat de looptijd van de last onder bestuursdwang (een jaar) inmiddels is verstreken, zonder dat de minister bestuursdwang heeft toegepast. De last is dus uitgewerkt. Op de zitting heeft de stichting aangevoerd dat zij belang heeft bij een inhoudelijke beoordeling van de last, omdat dit oordeel van belang kan zijn voor het opleggen van toekomstige herstelsancties en omdat iedere last ertoe bijdraagt dat zij onder verscherpt toezicht van de NVWA komt te staan. Het College oordeelt dat het enkele feit dat in de toekomst nieuwe herstelsancties kunnen worden opgelegd, niet maakt dat de stichting belang heeft bij een inhoudelijk oordeel over de last die hier voorligt. Tegen die eventuele nieuwe herstelsancties staat bezwaar en beroep open. Verder is het verscherpte toezicht waaronder de stichting is geplaatst niet afhankelijk van de rechtmatigheid van de onderhavige last, gezien het grote aantal sancties dat aan haar is opgelegd. Tot slot is van belang dat de stichting niet heeft gesteld dat zij schade heeft geleden ten gevolge van de last onder bestuursdwang. Bij deze stand van zaken is het College van oordeel dat de stichting geen procesbelang heeft bij een beoordeling van het beroep tegen het bestreden besluit I.

 

https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:CBB:2024:626

Print deze pagina

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *