Bij het onderzoek door een toezichthouder zijn geen overtredingen van artikel 3, eerste lid, van de Zondagswet geconstateerd. Volgens het college heeft de controle onaangekondigd plaatsgevonden. [appellant] heeft de stelling dat de controle bij de buren is aangekondigd niet onderbouwd. Dat hij dit heeft vernomen, acht de Afdeling onvoldoende. Dat het college een toezichthouder pas betrekkelijk laat op 22 december 2019 een controle heeft laten uitvoeren, baat [appellant] niet. De klacht van [appellant] betreft het in de maanden april tot en met oktober werken met grasmaaiers, kettingzagen en andere machines. Pas op 29 september 2019 heeft hij de gemeente verzocht handhavend op te treden tegen de buren. Daarnaast heeft hij het college pas op 15 december 2019 in gebreke gesteld. Het college moest daarom in december een besluit nemen op zijn handhavingsverzoek. Omdat alleen handhavend kan worden opgetreden als er een overtreding is geconstateerd, kon de burgemeester niet overgaan tot handhavend optreden (vergelijk de uitspraak van de Afdeling van 29 juli 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1814).
https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/@126448/202006003-1-a3/
Leave a Reply