Toepasselijke NEN-norm
6.4. Ten aanzien van de beoordeling of het college in het kader van de vraag of sprake is van schending van artikel 6.21, tweede lid, van het Bouwbesluit 2012 vanwege het ontbreken van een rookmelder, terecht de eisen van NEN-norm 2555:2008 aan [appellant] heeft tegengeworpen, is het volgende van belang.
Het college heeft aan de opgelegde last onder dwangsom ten grondslag gelegd dat artikel 1b, tweede lid, van de Woningwet is overtreden. Dat artikellid gaat over de staat van bestaande bouwwerken (en erven en terreinen). Die staat moet voldoen aan de daarvoor in het Bouwbesluit 2012 opgenomen voorschriften. Het college heeft niet tevens artikel 1b, eerste lid, van de Woningwet aan de opgelegde last ten grondslag gelegd. Dat artikellid gaat over het bouwen van bouwwerken. Gelet op de definitiebepaling van “bouwen” in artikel 1, eerste lid, van de Woningwet moet hieronder ook verbouwen worden begrepen.
Artikel 6.21, tweede lid, van het Bouwbesluit 2012 is op zichzelf bezien een voorschrift dat mede geldt voor bestaande bouwwerken. In het artikellid wordt verwezen naar NEN 2555.
Uit artikel 1.2, eerste lid, van de Regeling Bouwbesluit 2012 en bijlage I behorende bij die regeling volgt dat NEN-norm 2555:2002, zoals gewijzigd in 2006, hierna NEN-norm 2555:2006 genoemd, van toepassing is op bestaande bouw en dat NEN-norm 2555:2008 van toepassing is op nieuwbouw.
Nu slechts overtreding van artikel 1b, tweede lid, van de Woningwet aan de last ten grondslag is gelegd, kon het college in het kader van deze last alleen bij of krachtens het Bouwbesluit 2012 gestelde voorschriften tegenwerpen die (mede) zien op de staat van bestaande bouwwerken. De eisen van NEN-norm 2555:2008, die gaan over nieuwbouw, konden daarom niet aan [appellant] worden tegengeworpen.
Het betoog slaagt reeds hierom.
https://www.raadvanstate.nl/uitspraken/@134171/202100730-1-r4/
Leave a Reply