Onduidelijke last?
12. [appellant] en anderen betogen dat de rechtbank heeft miskend dat de last onder dwangsom in strijd is met het rechtszekerheidsbeginsel, omdat onduidelijk is welk gedeelte van bouwwerk A moet worden verwijderd en op welke wijze. Volgens [appellant] en anderen vermeldt de last slechts dat het maximaal toegestane oppervlakte aan bijgebouwen moet worden teruggebracht zonder dat wordt aangegeven wat dat is.
12.1. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen, bijvoorbeeld in haar uitspraak van 16 juli 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2671, vereist het rechtszekerheidsbeginsel dat een last zodanig duidelijk en concreet geformuleerd wordt dat degene tot wie de last is gericht niet in het duister hoeft te tasten over wat gedaan of nagelaten moet worden om de overtreding te beëindigen.
12.2. De Afdeling is met de rechtbank van oordeel dat de last onder dwangsom niet in strijd is met het rechtszekerheidsbeginsel. De last is namelijk voldoende duidelijk en concreet geformuleerd. De in het besluit op bezwaar gehandhaafde last luidt dat bouwwerk A moet worden teruggebracht naar een lengte van maximaal 18,54 m en een breedte van maximaal 9,04 m. Daarbij wordt verwezen naar de bouwtekening behorend bij het besluit van 7 december 1972 waarbij de bouwvergunning voor bouwwerk A is verleend. Op de zitting is de bouwtekening met partijen bekeken. Op de bouwtekening is de exacte locatie van bouwwerk A op het perceel niet aangegeven. Evenmin is de locatie in de last opgenomen. Door in de last alleen de maatvoering van bouwwerk A op te nemen en niet ook het gedeelte van bouwwerk A dat moet worden verwijderd, behouden [appellant] en anderen de keuzevrijheid welk gedeelte van bouwwerk A zij moeten verwijderen om aan de last te voldoen. Dat maakt de last niet onduidelijk.
Het betoog slaagt niet.
Leave a Reply