ABRvS 6 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:932 – Hoogte dwangsom (30k) onvoldoende gemotiveerd: beleidsregel voorziet in bandbreedte en onduidelijk waarom BO dan direct aansluit bij maximum.

Print deze pagina

Hoogte dwangsom

4.       [appellante] betoogt verder dat de hoogte van de dwangsom van € 30.000,00 strijdig is met artikel 5:32b, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). De hoogte is niet gemotiveerd en disproportioneel. Het college heeft aansluiting gezocht bij bedrijfsmatig strijdig gebruik terwijl het aan de andere kant van mening is dat ter plaatse geen bedrijf meer is gevestigd. Voorts geldt hier een bandbreedte van € 15.000,00 tot € 30.000,00. Het college heeft niet gemotiveerd waarom is gekozen voor het maximumbedrag, aldus [appellante].

4.1.    Het college heeft het huisvesten van arbeidsmigranten in de woning [locatie] aangemerkt als bedrijfsmatig gebruik omdat de wijze waarop dit gebeurt, een bedrijfsmatig karakter heeft. Daarbij wijst het erop dat [appellante] heeft gesteld dat een deel van de bewoners op haar bedrijf werkt. De Afdeling kan het college in dit standpunt volgen. Zij kan het college echter niet volgen in de vastgestelde hoogte van de dwangsom. Het college heeft de hoogte van de dwangsom bepaald aan de hand van het Beleidskader uitvoering VTH-taken Regio Rivierenland 2020-2024 (hierna: beleidskader). Hierin is in bijlage 5 vermeld dat de hoogte van de dwangsom voor bedrijfsmatig strijdig gebruik een bedrag van € 15.000,00 tot € 30.000,00 ineens is. In dit beleidskader is ook vermeld dat het gaat om indicatieve dwangsomhoogten, de bedragen als leidraad moeten worden gezien en in het concrete geval de geschikte hoogte van het dwangsombedrag aan de hand van de beleidsregel moet worden bepaald. Het college is na de zitting niet bereid gebleken de hoogte van de dwangsom met het oog daarop te verlagen.

4.2.    Artikel 5:32b, derde lid, van de Awb luidt:

“De bedragen staan in redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang en tot de beoogde werking van de dwangsom.”

4.3.    Het beleidskader voorziet in een bandbreedte en daarenboven in de mogelijkheid van die bandbreedte af te wijken. De rechtbank heeft dit karakter van de bandbreedte niet onderkend en is zonder meer aangesloten bij het standpunt van het college dat het maximale bedrag moet worden opgelegd. In deze situatie is het in eerste instantie aan het college om het bedrag te motiveren waarvoor het gekozen heeft. Het college heeft de keuze voor het maximale bedrag van de bandbreedte niet deugdelijk gemotiveerd. Uit wat bij de rechtbank is besproken, maakt de Afdeling op dat bij illegale bewoning altijd voor het maximum wordt gekozen omdat van bewoning door (veel) arbeidsmigranten veel overlast wordt ervaren. Deze benadering getuigt van een automatisme dat geen recht doet aan de ruimte voor differentiatie die de bandbreedte biedt en aan het indicatieve karakter van het beleidskader. In dit geval, een woning in het buitengebied, is van overlast voor omwonenden niet gebleken, wat overigens onverlet laat dat, zoals het college terecht heeft gesteld, [appellante] van de illegaliteit van de activiteiten op de hoogte was of kon zijn. Uit het beleidskader volgt verder dat voor het vaststellen van de hoogte van de dwangsom onder meer als uitgangspunt geldt dat de maximaal te verbeuren dwangsom is afgeleid van het behaalde economische voordeel. Het college heeft niet uitgelegd hoe dit uitgangspunt in het concrete geval is toegepast. [appellante] heeft inzage gegeven in een deel van de gesloten huurovereenkomsten. Uit de daarin opgenomen (bruto)huurbedragen, die het college als zodanig niet heeft betwist, maakt de Afdeling op dat het gehanteerde dwangsombedrag van € 30.000,00 overeenkomt met ongeveer 22 keer de maandelijkse (bruto)huur. De Afdeling acht dit bedrag in deze situatie te hoog en zal het bedrag van de dwangsom vaststellen op € 15.000,00. Dat bedrag houdt, in verhouding tot de huuropbrengsten die [appellante] met de illegale activiteiten heeft verkregen, ook een voldoende prikkel in om een einde te maken aan de overtreding.

Het betoog slaagt.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RVS:2024:932

 

Print deze pagina

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *