CBb 25 januari 2022, ECLI:NL:CBB:2022:41 – dwangsom vastgesteld op basis van (bespaarde kosten + te behalen voordeel met overtreding) x vermenigvuldigingsfactor = niet onredelijk.

Print deze pagina

1.5. Bij het primaire besluit heeft verweerder aan appellant een last onder dwangsom opgelegd wegens overtreding van artikel 2.3, eerste lid, van de Taxiverordening. Daarbij is aan appellant de last opgelegd zich te onthouden van het aanbieden van taxivervoer op de Amsterdamse opstapmarkt zonder Taxxxivergunning. De dwangsom is vastgesteld op € 5.550,- voor elke nieuw geconstateerde overtreding van artikel 2.3, eerste lid, van de Taxiverordening, met een maximum van € 27.750,-. Bij het bestreden besluit heeft verweerder het bezwaar van appellant ongegrond verklaard en het primaire besluit gehandhaafd. Verweerder heeft voor de motivering van het bestreden besluit verwezen naar het advies van de bezwaarschriftencommissie van 15 april 2020.

[…]

4.6. Ten aanzien van de beroepsgrond van appellant dat de berekening van de opgelegde dwangsom, waarbij wordt uitgegaan van kosten ter hoogte van € 2.775,- per jaar, foutief is, overweegt het College, onder verwijzing naar onder meer zijn uitspraak van 20 oktober 2020 (ECLI:NL:CBB:2020:745), als volgt. Het opleggen van een last onder dwangsom heeft ten doel de overtreder te bewegen tot naleving van de voor hem geldende regels. Om dat doel te bereiken kan de hoogte van het bedrag worden afgestemd op het financiële voordeel dat een overtreder kan verwachten bij het niet naleven van deze regels. Naast de kosten die een overtreder bespaart door het illegaal aanbieden van taxivervoer, behaalt een overtreder daarmee financieel voordeel. De bespaarde kosten en het (gemiddelde) financiële voordeel dat een overtreder gemiddeld per jaar kan behalen heeft verweerder in het bestreden besluit voldoende gemotiveerd. Het toepassen van een vermenigvuldigingsfactor op de te behalen omzet, om te voorkomen dat de overtreder in herhaling valt, acht het College in beginsel niet onevenredig. Er zijn door appellant geen omstandigheden naar voren gebracht die kunnen leiden tot een ander oordeel. De beroepsgrond slaagt niet.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:CBB:2022:41

Print deze pagina

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *