Dit arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie is – al naar gelang je mening over de formele rechtskracht – heel goed nieuws of heel slecht nieuws. In het kort oordeelt het Hof dat de benadering van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State voor wat betreft de toepassing van de (genuanceerde) formele rechtskracht niet strijdig is met het Unierechtelijke doeltreffendheidsbeginsel. Die benadering houdt in dat een in rechte onaantastbaar besluit voor juist wordt gehouden, ook al het is misschien strijdig met Unierecht, tenzij het ‘evident’ is dat het besluit strijdig is met het Unierecht. In dat geval wordt er een uitzondering gemaakt op de formele rechtskracht. Uit dit arrest blijkt dat het Hof deze benadering aanvaardbaar vindt, zo lang het evidentiecriterium “niet zodanig restrictief [wordt] toegepast dat de mogelijkheid voor een rechtzoekende om de daadwerkelijke nietigverklaring van het betreffende voorschrift te verkrijgen in feite louter fictief is.”
Ik ben blij met dit arrest omdat ik een voorstander ben van het behouden van de formele rechtskracht. Ik vind de prijs die wij in rechtvaardigheid betalen in ruil voor de rechtszekerheid van de formele rechtskracht aanvaardbaar. Tegelijkertijd kwam het arrest voor mij eerlijk gezegd een beetje als een verrassing. Het was beslist geen vanzelfsprekendheid dat het Hof dit zou gaan oordelen. Sterker nog, ik ging ervanuit dat, gelet op de Ciola- (HvJEU 29 april 1999, EU:C:1999:212) en Man Sugar- (HvJEU 6 april 2006, EU:C:2006:233) arresten van het Hof, het Hof het leerstuk van de formele rechtskracht feitelijk naar de prullenbak zou gaan verwijzen. In ieder geval in situaties waar sprake is van strijdigheid met het Unierecht. Het alternatief was in mijn gedachten namelijk dat het Hof de Ciola- en Man Sugar-arresten zou gaan loslaten. Dat leek mij niet heel waarschijnlijk omdat dan het doeltreffendheidsbeginsel en de werking van het Unierecht (sterk) zouden worden afgezwakt. Ik verwachtte dus dat dit arrest het begin van het einde van de formele rechtskracht zou zijn.
Dat zag ik echter verkeerd. Het Hof houdt vast aan Ciola en Man Sugar, maar spaart ook de (genuanceerde) formele
rechtskracht in dit lpg-tankwagens-arrest. De kool en de geit zijn dus gespaard! Alhoewel, als ik het arrest van het Hof goed begrijp, dan waren de kool en de geit technisch gezien niet eens in hetzelfde gebouw in dit geval. De kool liep dus nooit gevaar als gevolg van de geit. Daar kom ik straks nog wel op terug.
In deze noot bespreek ik de achtergrond van het arrest, het oordeel van het Hof, waarom het zo een belangrijk arrest is
maar ook waarom de conclusie van het Hof zeker geen vanzelfsprekendheid is.
Leave a Reply