ABRvS 16 augustus 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3137 – maximale dwangsom in dit geval redelijk gelet op aantallen overtredingen en omdat pas als appellant alle overtredingen niet beëindigd dit bedrag wordt bereikt.

Print deze pagina

Hoogte dwangsommen

11.     [appellant] betoogt dat de rechtbank heeft miskend dat de opgelegde dwangsommen van in totaal € 36.000,00 te hoog zijn. Volgens [appellant] gaat het hier om relatief kleine overtredingen en staat de hoogte van de dwangsommen niet in redelijke verhouding tot de zwaarte van het geschonden belang. Daarbij wijst [appellant] er nog op dat hij het perceel altijd al agrarisch in gebruik heeft gehad en dat daarbij behorende voorzieningen zoals een mest- en kuilvoeropslag altijd al aanwezig zijn geweest en aan het zicht zijn onttrokken.

11.1.  Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen, bijvoorbeeld in de uitspraak van 17 mei 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1937, onder 8.1, heeft het opleggen van een last onder dwangsom ten doel de overtreder te bewegen tot naleving van de voor hem geldende regels. Van de dwangsom moet een zodanige prikkel uitgaan dat de opgelegde dwangsom wordt uitgevoerd zonder dat een dwangsom wordt verbeurd.

11.2.  Het college heeft per last een dwangsom vastgesteld die ineens wordt verbeurd. Voor de hoogte van de dwangsommen heeft het college aansluiting gezocht bij de bedragen die zijn opgenomen in het beleid. De hoogte van de vastgestelde dwangsommen varieert van € 1000,00 tot € 8000,00. Als na afloop van de begunstigingstermijn aan geen enkele last is voldaan, verbeurt [appellant] in totaal € 36.000,00.

11.3.  De rechtbank heeft terecht geen aanleiding gezien voor het oordeel dat de vastgestelde dwangsommen ieder op zich onevenredig hoog zijn. Er bestaat ook geen aanleiding voor het oordeel dat het totaal van de dwangsommen van € 36.000,00 onevenredig hoog is. Daarbij neemt de Afdeling in aanmerking dat [appellant] het totaal van € 36.000,00 alleen verbeurt als hij aan geen enkele overtreding een einde maakt. Gelet op het aantal overtredingen, die niet van geringe aard en ernst zijn, is dat totaal niet onevenredig hoog. De stelling van [appellant] dat sommige voorzieningen voorheen ook al aanwezig waren voor agrarisch gebruik en aan het zicht zijn onttrokken, maakt de strijd met het bestemmingsplan niet minder en maakt ook overigens niet dat de vastgestelde bedragen onevenredig hoog zijn.

Het betoog slaagt niet.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:RVS:2023:3137

Print deze pagina

Leave a Reply

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *