Rb. Den Haag 3 augustus 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:11465 – dwangsommen al verbeurd – geen spoedeisend belang mee bij vovo. Verzoeker had het verzoek ook eerder kunnen en moeten doen.

Print deze pagina

5. De door het college gegeven begunstigingstermijn om de overtredingen ongedaan te maken liep tot 18 mei 2023.

6. Het verzoek om voorlopige voorziening is ingediend (ruim) na 18 mei 2023. Dit betekent dat de begunstigingstermijn op het moment van indiening van het verzoek om een voorlopige voorziening al was verstreken.

7. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter brengt dit laatste met zich dat geen sprake is van een spoedeisend belang, aangezien het verlopen van de begunstigingstermijn zonder dat de overtredingen ongedaan zijn gemaakt en de situatie in overeenstemming is gebracht met de wettelijke voorschriften. betekent dat de opgelegde dwangsommen tot het maximale bedrag van rechtswege zijn verbeurd. Het feit dat het hier niet gaat om dwangsommen ineens, maakt dit niet anders. De maximale dwangsommen van € 20.000,– en

€ 8.000,– zijn immers al op 18 mei 2023 “volgelopen” en daarmee zijn de maximale bedragen al van rechtswege verbeurd.

8. De voorzieningenrechter betrekt bij zijn oordeel tevens dat verzoekers al veel eerder een verzoek om voorlopige voorziening hadden kunnen indienen, maar dit (kennelijk) om hen moverende redenen hebben nagelaten.

https://uitspraken.rechtspraak.nl/#!/details?id=ECLI:NL:RBDHA:2023:11465

Print deze pagina

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *