Bericht

ABRvS 10 juni 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1372 – ontkenning mondelinge toezegging door ambtenaar voldoende.

4.    [appellante] betoogt dat de rechtbank heeft miskend dat een ambtenaar van bouw- en woningtoezicht van de gemeente Aalten in 2008 een toezegging heeft gedaan die inhoudt dat voor de verbouwing van het kippenhok geen vergunning was vereist. 4.1.     Daargelaten de vraag of een dergelijke toezegging aanleiding had moeten zijn om vergunning te verlenen dan...

Bericht

Vzr. ABRvS 8 juni 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1349 – treft geen voorziening, maar schorst wel bg-termijn verlengingsbesluit tot zes weken na de uitspraak

Begunstigingstermijn 9.    De voorzieningenrechter ziet evenwel wel aanleiding om te bepalen dat het na de aangevallen uitspraak genomen besluit van 17 maart 2020, waarbij de begunstigingstermijn is verlengd tot 1 week na de uitspraak van de voorzieningenrechter, wordt geschorst tot zes weken na verzending van deze uitspraak. Dat betekent dat [verzoeker] binnen zes weken na...

Bericht

ABRvS 3 juni 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1312 – verwarrende last, dwangsom wel verbeurd

1.    H.O.G. B.V. maakt voor haar bedrijfsactiviteiten gebruik van het perceel Barrier 5 te Bergeijk (hierna: het perceel). Bij besluit van 28 november 2017 heeft het college, voor zover thans van belang, H.O.G. B.V. onder oplegging van een dwangsom gelast om binnen 8 weken na verzenddatum van het besluit, het met het bestemmingsplan strijdige gebruik...

Bericht

ABRvS 3 juni 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1333 – strafrechtelijke vrijspraak in eerste aanleg staat sluiting ex art. 13b Opiumwet niet in de weg

Evenredigheid van de sluiting 3.5.    Als sluiting van het bedrijfspand in beginsel noodzakelijk wordt geacht, neemt dat niet weg dat de sluiting ook evenredig moet zijn. De beoordeling van de mate van verwijtbaarheid en de gevolgen van de sluiting voor [appellanten] komen in dit kader aan de orde. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (uitspraak...

Bericht

ABRvS 3 juni 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1311 – last hoeft niet uitputtende lijst verboden activiteiten te bevatten

Ook het betoog dat de rechtbank heeft miskend dat de last onduidelijk is en daarom in strijd is met de rechtszekerheid, slaagt niet. Het college heeft de last, voor zover die ziet op het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, nader geconcretiseerd door in de last, na de woorden ‘meer concreet’ te benoemen welke activiteiten op...

Bericht

Rb. Noord-Nederland 28 mei 2020, ECLI:NL:RBNNE:2020:2043 – geen vovo mogelijk bij ontwerpbesluit afwijzing handhaving

6. De voorzieningenrechter constateert met verzoekers dat de brief van 13 mei 2020 niet als een besluit in de zin van artikel 1:3, eerste lid, van de Awb kan worden aangemerkt, aangezien het daarin vervatte voornemen niet gericht is op rechtsgevolg. In de brief wordt slechts aangegeven dat verweerder voornemens is een besluit te nemen...

Bericht

Vzr. ABRvS 27 mei 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1279 – belang overtreder bij voortzetten overtreding bestemmingsplan weegt zwaarder omdat legaal gebruik mogelijk grotere ruimtelijke gevolgen zou kunnen hebben

4.    De vraag of het gebruik dat de Stichting Onderdak maakt van het pand aan de Bronbeeklaan 66 in strijd is met het bestemmingsplan leent zich niet goed voor beantwoording in deze procedure en zal in de bodemprocedure onderzocht moeten worden. De voorzieningenrechter zal het verzoek daarom uitsluitend beoordelen aan de hand van een belangenafweging....

Bericht

ABRvS 27 mei 2020, – toetsingskader bij invordering van een dwangsom als last al onaantastbaar is, samengevat.

Toetsingskader 5.    [appellante] heeft geen bezwaar gemaakt tegen het besluit van 4 september 2018 waarin aan haar een last onder dwangsom is opgelegd. Nu hiertegen geen rechtsmiddelen zijn aangewend, staat dit besluit in rechte vast. Het opleggen van de last onder dwangsom is in deze procedure niet aan de orde. Zoals de Afdeling eerder heeft...

Bericht

ABRvS 27 mei 2020, ECLI ECLI:NL:RVS:2020:1286 – rechtbank oordeelt ten onrechte dat handhaving onevenredig is, intrekking ex 5.19, lid 1, onder a, Wabo vereist dat ten tijde van de aanvraag het de intentie was om het gebouw in strijd met het bestemmingsplan te gebruiken.

12.1.    De rechtbank heeft ten onrechte geoordeeld dat handhavend optreden in dit geval zodanig onevenredig zou zijn, dat daarvan moet worden afgezien. De Afdeling overweegt daartoe ten eerste dat de omstandigheid dat het college aanvankelijk aan [appellant sub 3] heeft meegedeeld dat de afwijkende situering vergunningvrij is, handhaving op zichzelf niet onevenredig maakt, aangezien deze...

Bericht

Rb. Rotterdam 20 mei 2020, ECLI:NL:RBROT:2020:4441 – Louter financieel belang levert in dit geval spoedeisend belang op bij beoordeling verzoek om VoVo bestuurlijke boete

Beoordeling 5.1.Verzoekster heeft aangevoerd dat zij een spoedeisend belang heeft bij haar verzoek, omdat het boetebedrag dermate hoog is dat haar continuïteit in gevaar wordt gebracht. In dit verband heeft zij er op gewezen dat haar kredietfaciliteit van € 3.000.000,- nagenoeg volledig is benut. Zoals blijkt uit de accountantsverklaring kampt zij met een ernstig liquiditeitsprobleem....