Beoordeling door het College 4.1Niet in geschil is dat, zoals de rechtbank ook heeft vooropgesteld, dat op 4 december 2020 door twee verschillende chauffeurs in dienst bij de onderneming twee vrachten zijn geladen op de laadlocatie, vervoerd naar en gelost op de loslocatie. Tussen partijen is enkel in geschil waar deze twee vrachten uit bestonden:...
ABRvS 10 april 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1484 – Huurder woning functioneel dader prostitutie verricht vanuit zijn woning terwijl hij er woonde.
Gronden en beoordeling hoger beroep 7. [appellant] betoogt dat de rechtbank ten onrechte tot dit oordeel is gekomen. Hij voert in hoger beroep aan dat hij geen kennis had over wat er in de door hem gehuurde woning afspeelde. Hij kende de prostitué die de agenten op 13 januari 2020 in zijn woning hebben aangetroffen...
ABRvS 20 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1130 – overmacht waardoor niet tijdig op HH-verzoek is beslist. Een overmachtsituatie schort van rechtswege de beslistermijn op. Daarvoor niet nodig dat BO verzoeker informeert.
11.7. Omdat het college in de opschortingsbrieven heeft meegedeeld dat een beslissing op de handhavingsverzoeken zal worden genomen zodra de maatregelen zodanig zijn teruggedraaid dat weer op een veilige manier controles konden worden uitgevoerd, heeft de rechtbank terecht overwogen dat het college, gelet op de gegeven feitelijke omstandigheden gerelateerd aan de coronasituatie (waaronder de landelijke...
Vzr. CBb 15 maart 2024, ECLI:NL:CBB:2024:233 – verzoek om vovo strekkende tot verkorten begunstigingstermijn. Afgewezen, niet in het belang van dierenwelzijn.
Standpunt van partijen 3.1Wakker Dier vindt de begunstigingstermijn te lang. Volgens haar volstaat een termijn van enkele weken om de overtreding op te heffen. Zij betoogt dat nu feitelijk niet wordt gehandhaafd, maar verkapt wordt gedoogd. Wakker Dier wijst op artikel 5:32a, tweede lid, van de Awb. 3.2De minister zet uiteen dat het beëindigen van het mengen...
ABRvS 13 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1064 – Dat toezichthouders aanwezig waren bij het plegen van de overtreding, levert geen geslaagd beroep op het vertrouwensbeginsel op.
6. [appellante] betoogt verder dat de rechtbank niet heeft onderkend dat zij er op mocht vertrouwen dat de sloop van de gevel zou worden toegestaan door het college. [appellante] voert daartoe aan dat het perceel tijdens de sloop van de gevel, regelmatig door een toezichthouder is gecontroleerd. Deze toezichthouder had eerder kunnen vaststellen dat de...
CBb 12 maart 2024, ECLI:NL:CBB:2024:162 – Handhavingsbeleid NVWA (Interventiebeleid vlees) niet geschikt en daarom onevenredig.
Exceptieve toetsing van het Specifiek interventiebeleid vlees 4.3.1De wettelijke basis voor de minister om een boete op te leggen wegens overtreding van hygiënevoorschriften is – in dit geval – op Europees niveau terug te vinden in artikel 55 van de Verordening (EG) Nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële...
ABRvS 6 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:959 – Wat valt er onder ‘onderhoudswerkzaamheden’? Zie de Van Dale. Begrip wordt daarmee “niet zodanig opgerekt” dan strijd is met lex certa.
Hoger beroep met betrekking tot de overtreding 3. [appellante] betoogt allereerst dat de rechtbank de staatssecretaris ten onrechte is gevolgd in zijn standpunt dat tijdens het ongeval sprake was van onderhoudswerkzaamheden. Volgens haar heeft de rechtbank buiten beschouwing gelaten dat naar normaal spraakgebruik onder onderhoudswerkzaamheden geen meetwerkzaamheden worden begrepen. Ook heeft zij ten onrechte geen...
ABRvS 6 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:935 – sterke aanwijzingingen dat beboetbaar feit is begaan, is nog niet voldoende om te ‘bewijzen’.
Beoordeling 8. Het opleggen van een bestuurlijke boete is een sanctie met een punitief karakter, wat met zich brengt dat aan de bewijsvoering van de overtreding en aan de motivering van het sanctiebesluit strenge eisen worden gesteld. Gelet op de waarborgen die voortvloeien uit artikel 6, tweede lid, van het Verdrag tot bescherming van de rechten van...
ABRvS 6 maart 2024, ECLI:NL:RVS:2024:960 – dat bedrijf meerdere boetes tegelijk krijgt, geen reden tot matiging: “cumulatie van boetes [is] niet per definitie onevenredig”
5.5. Dat alle overtredingen het gevolg zijn van het feit dat [appellant] niet heeft geïnventariseerd of er asbest aanwezig is, heeft de rechtbank, anders dan hij stelt, wel degelijk bij haar oordeel betrokken. Zoals de rechtbank, onder verwijzing naar vaste rechtspraak, terecht heeft overwogen, is een cumulatie van boetes echter niet per definitie onevenredig omdat de overtredingen die worden...
Functioneel dader (overtreder): eigenaren niet meer zo maar aan te spreken voor overtredingen huurders!
Wanneer kan de eigenaar van een onroerende zaak worden aangeschreven door de overheid als functioneel dader (overtreder)? In dit blog lees je daar meer over.